Historie

De Van Besouw locatie kent een rijke historie. De transformatie van de te bewaren gebouwen zoals het voormalige hoofkantoor, de portiersloge, het magazijn, het accu-pompgebouw en het behouden van de schoorsteen blijven hier getuigen van. Maar ook bij de inrichting van de openbare ruimte komen verwijzingen naar het vroegere gebruik terug.

Bebouwde geschiedenis

Gerard van Besouw was rond het midden van de negentiende eeuw een handelaar die garen inkocht voor thuiswevers. Deze wevers leverden weefsels aan de heer Van Besouw, die de weefsels vervolgens verkocht. In 1876 werden door Van Besouw wevers in dienst genomen en aan het werk gezet in een machinale weverij aan de Molenstraat. In 1884 kocht Van Besouw (landbouw)gronden aan de Kerkstraat om daar een nieuwe machinale weverij te laten bouwen. In deze fabriek werden 40 weefgetouwen opgesteld, aangedreven door een stoommachine van 40pk. Bij de opening van de fabriek was deze met 69 wevers de grootste in Goirle. De fabriek had een machinehuis met schoorsteen aan de Kerkstraat met daar achter de weverijen en de linnenfabriek.

In januari 1895 breekt er brand uit in de fabriek. De linnenfabriek brandt af. De weverij en het ketelhuis blijven gespaard. De schade werd hersteld en kort na de brand was de fabriek weer in bedrijf. In 1901 is er sprake van fabrieksgebouwen, een bleekveld, magazijn, stoommachine en 63 ijzeren weefstoelen. Na de Eerste Wereldoorlog groeide de fabriek in omvang exponentieel. Het fabriekscomplex werd uitgebreid in de richting van de Nieuwe Leij, maar daarna ook in oostelijk richting. 

In de jaren twintig werd er bijna continue gebouwd op het terrein, vooral gebouwen voor de productie van garen. In 1929 werden de oorspronkelijke machinekamer en fabrieksschoorsteen aan de Kerkstraat gesloopt. Een nieuwe machinekamer wordt midden op het fabrieksterrein opgericht. Een jaar daarvoor heeft het complex een installatie voor centrale verwarming gekregen, waarvan het ketelhuis blijk geeft. 

Aan de straat liggen de oudste gebouwen met direct daarachter de productiehallen. Magazijnen zijn éénlaags onder plat dak met lichtstraten en vooral aan de westzijde van het fabrieksterrein te vinden. In de jaren dertig werd er op het complex vooral verbouwd. Tijdens de oorlog vonden relatief kleine bouwactiviteiten plaats. Het gaat dan om de bouw van een schansmuur, een transformatorhuisje en een brandweerlokaal.

Na de Tweede Wereldoorlog werd het fabriekscomplex nauwelijks nog uitgebreid. Ontwikkelingen die zich na de oorlog voordoen, staan vooral in het teken van vernieuwing en aanpassing. Zo werd er in 1952 aan de Kerkstraat een nieuw, tweelaags kantoorgebouw opgericht naar ontwerp van de Eindhovense architect C.G. Geenen.


Klik op de afbeelding om deze groter te zien.


Bedrijf Van Besouw

In 1989 kreeg het bedrijf het predicaat "Koninklijke" en heette voortaan Koninklijke Van Besouw N.V. Echter, in 1995 gingen de holding en de werkmaatschappijen Tapijt en Kunststoffen failliet. Deze maakten een doorstart. De kunststoffendivisie werd in 2000 door de Amerikaanse groep Cooley overgenomen en de tapijtendivisie in 2003 door Intercarpet uit Aalten. Daarna veranderde de kunststoffendivisie nog enkele malen van eigenaar en in 2008 werd deze overgenomen door het Deense Icopal. De productie daarvan bleef tot voor kort in Goirle gevestigd. De tapijtendivisie vertrok in 2008 definitief vanuit Goirle naar Blokzijl.